Dit jaar wordt het kerstconcert in St Mary's Church heel ongewoon, maar wel heel spannend voor zowel luisteraars als uitvoerders. Een concertervaring die zeker een blijvende indruk zal achterlaten!
Er staat niet één groot werk op het programma, maar een verscheidenheid aan kleinere werken uit de Renaissance van Michael Praetorius (1571-1621), Heinrich Schütz (1585-1672) en Johann Schelle (1648-1701), waaronder Schütz' "Weihnachtshistorie" en Praetorius' koraalconcerten uit "Polyhymnia". De stukken zijn zo geselecteerd en gearrangeerd dat ze ruwweg de volgorde van een "kerstmis" volgen.
Krachtige stemmen op vier podia
Het multi-korale karakter van de afzonderlijke werken is een centraal ontwerpelement. De stukken, die tot 21 stemmen tellen, komen tot leven door de interactie en constante afwisseling tussen de afzonderlijke koorgroepen. Om dit in St Mary's Church bijzonder goed tot zijn recht te laten komen, is er niet zoals gebruikelijk één hoofdpodium, maar zijn er vier individuele podia, wat een bijzondere luisterervaring oplevert.
De cast is rijk en kleurrijk. Ze bestaat uit zes vocale solisten (sopraan I+II, alt, tenor, bariton, bas), koor en orkest. De muziek wordt uitgevoerd op oude instrumenten zoals gebruikelijk was in de Renaissance. Naast twee violen bestaat het strijkersensemble uit drie violen en een violone. De blaasinstrumenten zijn blokfluiten, cornetten, trombones en fagot. Continuo-orgel, luit en klavecimbel en het grote Flentrop-orgel completeren het indrukwekkende orkestapparaat. Gerenommeerde artiesten zijn aangetrokken als solisten en orkestmusici. De Marienkantorei Osnabrück zal zingen. De algehele artistieke leiding is in handen van kerkmusicus Carsten Zündorf.
Over de werken
In zijn "Weihnachtshistorie" zet Schütz het kerstverhaal volgens Lucas en Matteüs op muziek. Het werd voor het eerst uitgevoerd in Dresden in 1660. Het was uitdrukkelijk bedoeld voor gebruik in kerkdiensten als evangelielezing. Het ongeveer 30 minuten durende werk zal ook deze centrale plaats innemen tijdens het concert in de Mariakerk.
Praetorius componeerde in Dresden ook zijn "Polyhymnia", een verzameling koraalconcerten met weelderige bezetting. Met het koraal als basis creëerde hij composities in de concertante stijl van de Italiaanse school. Hij wordt dus beschouwd als een bemiddelaar tussen een nieuwe Italiaanse stijl en het protestantse Duitsland. De werken die tijdens het concert worden uitgevoerd, nemen de plaats in van kerkelijke koralen.
Dit geldt ook voor de koraalbewerking van het kerstlied "Vom Himmel hoch" van Johann Schelle. Hij zong al op zevenjarige leeftijd in de Saksische hofkapel onder Heinrich Schütz. In 1677 werd hij Thomaskantor in Leipzig. Hij was een van de eersten die Duitstalige gospelcantates uitvoerde in kerkdiensten.
De liturgie voor de "kerstmis" wordt opnieuw verzorgd door Praetorius, wiens krachtige Kyrie en Gloria uit zijn "Missa ganz teudsch" tijdens het concert te horen zullen zijn. Praetorius laat maar liefst 20 stemmen de lof zingen van de engelenkoren in zijn Gloria.